
Dayenne Smink ontwerpt met passie. Hoewel die passie er altijd al is geweest, was het de bouw van haar eigen woning die leidde tot de start van haar interieurbureau. Wel vaker komt het voor dat de bouw van een eigen thuis zoveel enthousiasme opwekt, en het begin van een nieuwe carrière betekent. In tegenstelling tot interieurontwerpers die soms sterk meegaan met de heersende trends, blijft Dayenne trouw aan haar eigen identiteit. Met natuurlijke materialen, zoals natuursteen en hout, aangevuld met staal, beton en textiel, heeft ze haar eigen thuis een ingetogen, tijdloos karakter gegeven. Onder dit traditionele rieten zadeldak gaat een woning schuil die qua stijl haar tijd ver vooruit is.
De tijd van ons leven
Terwijl bij sommigen alles onder de bouw van een huis lijdt – de relatie met de aannemer, met vakmensen, of soms zelfs de relatie met de eigen partner – hebben anderen tijdens de bouw van hun droomwoning de tijd van hun leven. “We hadden zoveel plezier tijdens het bouwen, dat we ons verveelden toen het erop zat”, vertelt Dayennes man. “We waren elke dag wel op de bouwvloer te vinden.” Het traject duurde een kleine twee jaar, van de koop van de kavel tot de verhuizing. De reden voor verhuizing was eenduidig: “We wilden graag samen een nieuw thuis bouwen”, vertelt hij verder. “Deze kavel kwamen we per toeval tegen en bleek aan Dayenne’s neef toe te behoren. Het is een langgerekt perceel in een landelijke, bijna bosrijke omgeving, waarop een schuurwoning ideaal zou passen. Dat sprak ons meteen aan.” “Voor het exterieur kwamen we uit in Uden bij Bureau IN van architecten Toine van Duyn en Aschwin Raab”, vertelt Dayenne. “Toine tekende een indeling voor een woning waar we ons op een paar details na meteen in konden vinden. Toen we de schets voor het eerst zagen, keken we elkaar aan en zeiden we: ‘Wauw!’ Het was precies zoals we het voor ogen hadden.”
Harmonieus geheel dat rust uitstraalt
Dstijl onderscheidt zich door een voorliefde voor natuurlijke materialen boven uitbundige kleuren. “De materialen moeten kunnen spreken”, legt Dayenne uit. “Wanneer je de juiste materialen op de juiste manier combineert, creëer je een harmonieus geheel dat rust uitstraalt en helemaal geen toegevoegde kleuren nodig heeft.” In Nederland is een interieur waarin materialen centraal staan en niet zozeer kleur eerder een uitzondering. Onze zuiderburen hebben daarentegen al langer de gewoonte om uitbundige kleuren achterwege te laten en de prachtigste materialen toe te voegen aan hun interieurs: marmer met de allerschitterendste aders en kleurovergangen, travertin met unieke texturen en hardsteen met miljoenen jaren oude fossielen waarnaar je gefascineerd blijft kijken. Dayenne: “De elegante soberheid van de Belgische interieurs vormt een inspiratiebron voor me.”
Trap als eyecatcher
Hoewel het in Noord-Brabant gebruikelijk is om achterom te komen, is het in deze woning de moeite waard om de entree, aan de zijkant van het huis, niet over te slaan. Het kiezelpad aan de voorzijde leidt je er vanzelf naartoe. Bij binnenkomst sta je direct naast een eyecatcher. “De trap is een knap staaltje vakwerk. Het stalen frame met houten treden is een genot voor het oog”, vertelt Dayenne. Haar man vult aan: “We hebben met spanning staan kijken hoe de trap de woning in werd getakeld. De lichtstraat zat er toen al in en twee glasplaten moesten eruit om ruimte te maken. De aannemer had slechts twee centimeter speling, maar desondanks manoeuvreerde hij de trap kundig naar binnen.
Bij elkaar zijn
Wanneer je je vanuit de entree naar het woongedeelte begeeft, sta je meteen in het hart van de woning. “We wilden geen kolossaal huis. We wilden bij elkaar zijn en op elke verdieping in contact staan met elkaar”, vertelt Dayenne, en dat is zeker geslaagd, want wat opvalt wanneer je het woongedeelte betreedt, is dat het geen enkele deur bevat – behalve uiteraard de toegang tot het toilet en de hoofdslaapkamer. Je staat midden in de woning en van optimaal contact is meteen sprake. Oók met buiten; overdag stromen zonnestralen door de lichtstraat naar binnen en ’s nachts vlijt een schitterende sterrenhemel zich als een deken over de woning heen. Kijk je omhoog, dan zie je de vide met loopbrug en de nok van het dak.
Het interieur oogt licht, met enkele industriële elementen, zoals de stalen constructie, die in het zicht is gelaten. Hoewel het nergens opzichtig de aandacht trekt, speelt beton een prominente rol in Dayennes ontwerp. De gevlinderde betonnen vloer en het plafond zijn op vurenhouten planken gestort, wat vooral goed te zien is in het plafond van de woning. Het plafond is bewust onbewerkt gelaten, waardoor het reliëf en de kleurafgifte van het vurenhout maximaal tot hun recht komen. Zo min mogelijk bewerkingen vind je ook aan de betonnen muur in de keuken, waarin nog te zien is waar de knevels van de bekisting zaten. Door het beton springt bovendien de ingebouwde notenhouten keukenkast er optisch helemaal uit en ontstaat er een harmonie met de gezoete travertin van het keukeneiland met watervalrand. Op ongeveer een kwart van de woning scheidt een accentmuur van gerecupereerde stenen uit een eeuwenoud Frans klooster de keuken en het eetgedeelte van de living.
Een-op-eenverbinding
Achteraan in de tuin staat de plek waar Dayenne en haar man misschien wel het vaakst vertoeven: de tuinkamer, waarin het in de zomer aangenaam koel is. De tuinkamer is ingericht met een bar en tafel van gezandstraald travertin en een ingebouwde Afrikaanse braai voor gezellige barbecues. Tijdens belangrijke voetbalwedstrijden is het tuinhuis the place to be. Naast de woning had Dayenne ook meteen een beeld bij hoe de tuin moest worden: zo ongerept mogelijk, met inheemse planten- en bomensoorten. Dit versterkt de connectie met zowel de omgeving als de woning. Wanneer je voor de woning staat, valt dan ook meteen op hoe goed ze in haar omgeving past. Het rieten zadeldak, dat verticaal doorloopt in de zijgevel, geeft de strakke vormentaal van de woning een zacht, warm karakter. De achtergevel bestaat volledig uit glas en waarborgt de een-op-eenverbinding met de tuin. Afwisselend vind je aan de gevels van de woning, de garage en de tuinkamer verticaal geplaatste latten. “Maar liefst elf kilometer aan latten”, geeft de man des huizes als detail. “Dat weet ik, want ik heb ze zelf mee aan de gevel bevestigd.” Daaruit blijkt maar weer hoe betrokken Dayenne en haar man waren bij de totstandkoming van hun woning. Makkelijk was het echter allerminst. Hij sluit af: “Als je zo’n groot project voor de eerste keer doet en je zet zo’n resultaat neer; ik kan niets anders dan bewondering koesteren voor Dayenne.”
Fotografie: Jaro van Meerten